Etiquette en overdracht

1 Sensei 1 Dojo is het motto

De sensei leidt de les. Ook als een leerling les geeft is het de les van de sensei.

Train met iedereen en vooral met mensen die nieuw of pas bij de dojo zijn, kohai genaamd (later begonnen leerling). Dit omdat je anders gevangen blijft in de techniek die je moet uitoefenen en het geheel uit het oog verliest. Aikido heeft als opzet eenheid te creëren voor zowel voor lichaam als geest, maar vooral ook met je dojo en trainingspartners. En je leert simpelweg hoe je je kennis moet overdragen. Je leert dus ook (zoals onze sensei zegt) om les te geven tijdens elke les. En ook om altijd de moeilijkheid op te zoeken; dan zal er nooit geen saaie les bestaan zelfs al trainen we de simpelste technieken.

De senpai (eerder begonnen leerling) nodigt altijd de kohai uit, om de door de sensei voorgedane techniek te gaan oefenen. Dit mag en kan niet andersom plaatsvinden, in de eerste plaats uit respect voor de gene met meer kennis en ervaring binnen de dojo. Maar vooral omdat de senpai weet hoe de oefening het beste uitgevoerd moet worden. De senpai maakt zijn keuze bijvoorbeeld op grond van lengte of lichaamsbouw van de kohai. De senpai leidt ook de oefening en begint deze dan ook altijd (met links voor indien mogelijk). Dit bevorderd de overdracht en eenheid binnen de dojo.

Om minder gevorderden te helpen is geduld en liefde(Ai) nodig, om te begrijpen waar hun moeilijkheden zitten. Hiervoor is het belangrijk je eigen inzicht en vorderingen te volgen. Kracht is wat je moet vermijden tijdens de training. Niet alleen lichamelijk maar vooral in de vorm van je trainingspartner niet tegen te werken of niet te willen verliezen. In aikido is geen winnen of verliezen mogelijk. Eenheid en harmonie van ‘ki’ op het pad is wat we willen bewerkstelligen. In het kort Ai(harmonie), Ki(energie), Do(het pad dat je bewandelt)

Men moet ook de geest van weelde, luiheid, angst en vooral hoogmoed overwinnen. Respect is ook een groot goed in het leven van een aikidoka.  Voordat je de training begint groet je de dojo (zaal,trainingsgelegenheid) met een staande buiging. Je legt je wapens aan de rand van de tatami (mat) met de punt van het portret van O-Sensei (kamiza) af. Je mag niet over de wapens stappen, loop er in de lengte van het wapen langs. Vervolgens stap je met je linker voet de mat op en groet je de kamiza met een buiging. Je neemt plaats in een zithouding op de knieën (seiza). In volgorde van wanneer je bent gestart binnen de dojo. De leerling die het eerste is begonnen uiterst rechts en de nieuwkomers uiterst links van de mat. De graad die je hebt gekregen heeft geen invloed op de plaats waar je zit. Wel kan de sensei iemand een plaats toewijzen  los van het vaste systeem. Dit alles dus uit respect maar ook omdat het in het Japanse Shinto (Japanse religie) zo is dat alles een geest heeft en we daarom bijvoorbeeld onze wapens groeten.

De sensei begint de training met een warming up. De aikidoka volgen exact wat er wordt voorgedaan. Hierna begint de les gegeven door de sensei. Voordat je de eerste oefening gaat uitvoeren met je trainingspartner, groet je elkaar weer in geknielde houding (seiza). De leraar geeft aan wanneer de oefening begint en eindigt door in zijn handen te klappen. Als deze eindigt is het zaak zo snel mogelijk weer in seiza en in stilte aan de kant te gaan zitten zodat de les door kan gaan. Aan het eind en begin van de les groeten we de kamiza en de sensei in seiza. Als laatste groeten we onze laatste trainingspartner ook in seiza. Hierbij is het de kohai die de betreffende senpai opzoekt.

Buiten de dojo gedragen we onszelf ook als aikidoka omdat we aikidoka zijn en dat niet ophoudt bij de drempel van de dojo. Sommigen van ons hebben ook een taak binnen de dojo en vervullen deze thuis of in de samenleving. En daarom willen we ook de harmonie en eenheid van aikido hier in door laten klinken. We houden elkaar ook in de gaten als senpai en kohai , of diegene niet ziek of ongelukkig is. Daarom is het bijvoorbeeld ook nodig om jezelf af te melden als je niet kunt trainen. Dan weet je senpai en dus ook de sensei hoe het met je gaat.

O-Sensei zei; aikido bestaat om alles een juiste plaats te geven. Aan materiaal, planten, dieren, tot aan het kleinste vliegje en stofje toe.

Geschreven in de geest van, Tamura Nobuyoshi

Hieronder is een lijst opgenomen met goede gebruiken voor een aikidoka. Om te zorgen dat alles veilig en op zijn plek is binnen de dojo, maar ook voor een gezonde en respectvolle training.

Goede gebruiken voor een aikidoka:
  • Het is goed met veel inspanning ook goed te rusten;
  • En redelijk te eten qua hoeveelheid en kwaliteit;
  • Voedt je licht een uur voor de training en pas een half uur er na;
  • Drink geen koud water als het lichaam verhit is;
  • Draag schone keikogi (trainings kleding) om jezelf en de trainingspartner niet te ontrieven;
  • De handen en voeten moeten schoon zijn en de nagels kort geknipt zodat je je partner niet afleidt of verwondt;
  • Ook om deze reden moeten alle sierraden af worden gedaan;
  • De dojo moet minitieus worden gereinigd en met voorkeur goed gelucht;
  • Volg de dojo etiquette en train met liefde en respect.