De hakama en de zeven deugden van budo

De hakama is een, veelal donker gekleurde, broekrok die door beoefenaars van bepaalde krijgskunsten zoals aikido, jodo en kendo wordt gedragen. De hakama wordt vastgeknoopt om de middel en reikt tot op enkelhoogte. De hakama werd meestal door de Japanse samoerai gedragen en diende ter bescherming van de benen van de ruiter tijdens het paardrijden. In de hakama bevinden zich zeven plooien, vijf aan de voorzijde van de hakama en twee aan de achterzijde van de hakama. Elke plooi staat symbool voor één van de zeven deugden van Budo.

De eerste vijf plooien aan de voorzijde van de hakama zijn:
– Jin (menslievendheid)
– Gi (eer en gerechtigheid)
– Rei (beleefdheid en etiquette)
– Chi (wijsheid en intelligentie)
– Shin (oprechtheid)

De laatste twee plooien aan de achterzijde van de hakama zijn:
– Chu (loyaliteit)
– Koh (vroomheid)

Wat ik bij ‘vroomheid’ moet vermelden is dat de gebruikelijke betekenis ‘godvruchtigheid’ is. Wanneer je de betekenis in het Nederlandse woordenboek gaat opzoeken, dan zal ‘vroom’ ook ‘dapper’  of ‘sterk’ kunnen betekenen.

Het is overigens onze doelstelling dat wij (akidoka’s en beoefenaren van andere budodisciplines) de zeven deugden verenigen in alle aspecten van onze training en ons dagelijkse leven. Hierbij staan de kwaliteit van bewegingen en universele budo principes centraal, zonder dat er afbreuk gedaan wordt aan de kenmerken en karakteristieken van de verschillende budo disciplines. Met andere woorden, naast het technisch aspect is de budo spirit ons van groot belang.