Japan heeft, door haar adoptie van de ethiek van Confucius, een leven lang leren als een verplichting gesteld voor iedereen in de samenleving. In het Confuciaans denken staat persoonlijke ontwikkeling en geestelijke perfectie dan ook in direct verband met leren.
Vooral het leren door te doen is kenmerkend voor aikido. het is eenvoudigweg niet mogelijk gevechtstechnieken uit een boekje te leren. Het gaat naast het begrijpen met onze geest (cognitie) vooral ook om het leren en ervaren met (alle zintuigen van) ons lichaam. Het verenigen van lichaam en geest was essentieel voor het overleven op een slagveld, waar een fractie van verstrooidheid het verschil uitmaakte tussen leven en dood. Het leren van aikido in mijn dojo gaat dan ook verder dan alleen technische bekwaamheid, het gaat ook om intuïtieve bewustwording (het ‘onderbuik’ gevoel als zijnde het zesde zintuig). Aikido raakt daarmee in mijn optiek de kern van ons mens zijn. Wat men hier in het Westen zelfontplooiing of persoonlijke ontwikkeling noemt, is volgens de traditionele Japanse terminologie: ‘DO’, de weg of persoonlijke zoektocht.
In de dojo trainen jong en oud, mannen en vrouwen door elkaar en met elkaar. Juist het verschil in ervaring en achtergrond van elk individu maakt dat er van elkaar geleerd kan worden.