Aikido begrippen

A B C D E F G H I J K M N O R S T U W X Y Z
F

FUDO
Onbeweegbaar.

FUDO SHIN
Onbeweegbare geest. Een toestand van mentale evenwichtheid of onverstoorbaarheid. De geest, in deze staat, is kalm en niet snel afgeleid, vandaar onbeweegbaar. Fudo Myo is een boeddhistische beschermheilige die in één hand een zwaard draagt,​ om vijanden van de boeddhistische doctrine te vernietigen, en in de andere een touw, om levende wezens te redden uit de waan, of uit boeddhistische hel-staten. Hij belichaamt daarom het tweevoudige boeddhistische ideaal van wijsheid (het zwaard) en mededogen (het touw). Het cultiveren van Fudo Shin is dus het cultiveren van een geest die zich kan aanpassen aan veranderende omstandigheden zonder ethische principes te compromitteren.

FUKUSHIDOIN
Een formele titel, zoiets als assistent-instructeur.

FUNAKOGI
Roei-oefening.

FURI KABURI
Het omhoogheffen van het zwaard. Deze beweging is te zien in o.a. ikkyo, irimi-nage en shiho-nage.

FURITAMA
Oefening om ki op te bouwen.

FUTARIDORI
Twee aanvallers.